Schrif­te­lijke vragen alter­na­tieven voor afschot ganzen


Indiendatum: jul. 2011

SCHRIFTELIJKE VRAGEN

Aan : Gedeputeerde Staten
Datum : 23 juli 2011
Onderwerp : Schriftelijke alternatieven voor afschot ganzen

Toelichting

De provincie Zuid-Holland is van plan om de ganzenpopulatie in Zuid-Holland tot een derde van de totale populatie terug te brengen en er mogen 3 jaar lang jaarlijks 30.000 grauwe ganzen en 7500 brandganzen worden doodgemaakt. Dit gaat gepaard met een gigantisch dierenleed.
De Partij voor de Dieren is van mening dat het vangen en doden van ganzen methoden zijn waarvan al lang bewezen is dat ze niet werken. Een gevolg van afschot is dat de ganzen zich sterker zullen gaan voortplanten en vermeerderen, dit terwijl er sterke aanwijzingen zijn dat de populatie nu aan het afvlakken is. Een ander gevolg van bejaging is dat de ganzen meer vliegen en energie gaan verbruiken en daardoor meer gaan eten. Al jaren worden er steeds meer ganzen afgeschoten en wordt er beweerd dat de populatie hierdoor zal dalen. Het tegendeel blijkt waar. De populatie groeit ondanks de hoge aantallen afgeschoten dieren en er moeten steeds meer dieren worden gedood met alle ellendige gevolgen van dien. Het is dus geen goede en duurzame oplossing.

Toelichting op vraag 4
In Canada spelen dezelfde problemen als in Nederland en daar wordt het ganzenprobleem in toenemende mate op een duurzame en diervriendelijke manier aangepakt. Daar wordt al jaren gebruik gemaakt van het ‘landscape design’, waarbij er rekening wordt gehouden met de inrichting van het landschap. In Nederland kan daar ook slim gebruik van worden gemaakt. Een aantal voorbeelden:

• Succesvol gebruik van effectieve kunstmatige en natuurlijke barrières en omheiningen om vliegbewegingen van ganzen te verminderen, zeker in de zomerperiode als de ganzen toch al veel minder vliegen vanwege de ruiperiode. Ganzen geven er de voorkeur aan om te landen op water en vervolgens naar de omliggende grasvelden te lopen om te eten en te rusten. Dan zijn omheiningen als dichte heggen, houtwallen en andere fysieke barrières zeer effectief gebleken. Alle omheiningen moeten het water en een bepaald gebied omsluiten, zodat ganzen niet gemakkelijk kunnen uitbreken en moeten voldoende hoog zijn ( minimaal 75 cm).
• Tijdens de ruiperiode in de zomer (juni/juli) vliegen ganzen minder. In deze periode worden ze naar aantrekkelijke (waterrijke) plaatsen gelokt met aantrekkelijk voedsel (een zeer effectieve manier is het zaaien van witte klaver in de gewenste gebieden, wat zeer eiwitrijk is. Ganzen zijn hier gek op).
• Effectieve verjaging door gebruik te maken van het leervermogen van ganzen. Ganzen zijn slim en daar wordt in Nederland veel te weinig gebruik gemaakt. Het belangrijkste is: leren begrijpen waarom, wanneer en waar de ganzen nestelen en dus kiezen voor een aanpak bij de bron. Dit kan samen met deskundigen verder ontwikkeld worden.
• Al meer dan 20 jaar worden met succes bordercollies ingezet voor de verjaging van ganzen.
• Grasrijke gebieden worden minder aantrekkelijk gemaakt door het aanplanten op de grenzen van hoge bodembedekkers. Ganzen lopen niet graag door deze hoge aanplant.
• Waterlichamen worden omringd met bomen en struiken om het snel wegvliegen van ganzen moeilijker te maken.
• Er worden planten, bomen en struiken om grasgebieden geplant. Ganzen hebben de neiging om deze omheinde gebieden te mijden, wanneer ze het water niet kunnen zien en wanneer ze geen snelle ontsnappingsmogelijkheid hebben.
• Men laat het gras langer groeien. Ganzen wandelen niet graag door het hoge gras.
• Het gras wordt minder intensief bemest, waardoor het minder eiwitrijk is en minder aantrekkelijk is voor ganzen.
• Bepaalde grassoorten en gewassen zijn minder aantrekkelijk voor ganzen. Indien mogelijk worden deze gewassen en grassen rondom de broedgebieden geplant, eveneens als een vorm van natuurlijke barrière.
• In overzichtelijke gebieden met een kleine geïsoleerde populatie ganzen wordt een deel van de eieren van ganzennesten in maïsolie gedoopt, zodat deze eieren niet uitkomen, omdat ze geen zuurstof meer krijgen.

Vragen

1) De afgelopen jaren zijn honderdduizenden ganzen afgeschoten met als doel om de overlast te verminderen. Kunt u aangeven wat het effect is geweest van dit beleid en op welke wijze heeft u dit gemeten?

2) Wat is het effect geweest van het gevoerde beleid op de toegebrachte schade aan gewassen?

3) ’s Winters worden al vele jaren honderdduizenden ganzen geschoten. Kunt u aangeven wat het effect is geweest van dit beleid? Is het juist dat u tegelijk met het bestrijden van de zomerganzen alle overwinterende ganzen voortaan met rust worden laat? Indien u de vraag met ja beantwoordt, waarom kiest u er nu voor om hiermee te stoppen?

4) Wat zijn de kosten per jaar voor afschot van het geplande aantal dieren?

5) In het verleden zijn er ook in Zuid-Holland vele duizenden ganzen vergast. Dit is voor de dieren een afschuwelijke verstikkingsdood. Gedeputeerde Staten hebben in de vorige statenperiode aangegeven dat deze verboden dodingsmethode niet meer zal worden toegepast in Zuid-Holland. Is dit nog steeds het geval? Zo nee, waarom niet?

6) Bent u bereid om onderzoek te doen naar de mogelijkheden voor het ontwikkelen van een ‘landscape design’, volgens Canadees model, zoals beschreven in de toelichting? Zo nee waarom niet?

7) In Nederland wordt er grootschalig jacht gemaakt op de vogelvrij verklaarde vos, waarbij de provincie tevens ontheffing geeft voor gebruik van verboden middelen om de vos te mogen doden. De vos is één van de belangrijkste natuurlijke vijanden van de gans. Bent u met ons van mening dat de vos als natuurlijke vijand van de gans een rol kan spelen bij het verminderen van het broedsucces van ganzen? Zo ja, hoe denkt u dit te kunnen stimuleren? Zo nee, waarom niet?

8) Bent u bereid om (zo mogelijk in samenwerking met boeren, waterschappen, faunafonds en natuur- en dierenbeschermingsorganisaties) te onderzoeken welke mogelijkheden er zijn voor duurzame en diervriendelijke oplossingen voor de overlast van ganzen zonder dat er gebruik gemaakt wordt van afschot? Zo ja, op welke termijn? Zo nee, waarom niet?

9) Er zijn betaalbare en innovatieve alternatieven, zoals bewegende draden via een mechanische installatie, om gewasschade door ganzen te beperken. Bent u bereid om het gebruik van deze innovatieve middelen te stimuleren? Zo nee, waarom niet?

A.H.K. van Viegen

Fractievoorzitter Partij voor de Dieren
Provinciale Staten Zuid-Holland

Indiendatum: jul. 2011
Antwoorddatum: 24 jul. 2011

Klik hier voor de antwoorden.

Interessant voor jou

Schriftelijke vragen geplande megastal Woubrugge

Lees verder

Schriftelijke vragen dialoog megastallen

Lees verder

Help mee aan een betere wereld

    Word lid Doneer