Schrif­te­lijke vragen bescherming fauna­be­scherming


Indiendatum: mrt. 2017

Vragen

1. De provincie Zuid-Holland gaat tijdelijke maatregelen treffen om ervoor te zorgen dat grondgebruikers jacht kunnen blijven inzetten om schade te voorkomen.[1] Op welke wettelijke basis worden deze maatregelen genomen?
2. Welke tijdelijke maatregelen wil de provincie precies gaan treffen en hoe denkt de provincie daarmee te voldoen aan de voorwaarden die de Wet natuurbescherming stelt?
3. In hoeverre voldoen de faunabeheerplannen voor zwarte kraai, kauw, konijn en Canadese gans aan respectievelijk de volgende eisen die de Verordening uitvoering Wet natuurbescherming Zuid-Holland stelt aan faunabeheerplannen:

a. Bij het opstellen van een faunabeheerplan wordt een vertegenwoordiger vanuit de wetenschappen betrokken,
b. Een faunabeheerplan bevat op basis van gevalideerde gegevens en de daaruit voortvloeiende inzichten, een onderbouwing waaruit blijkt dat de gunstige staat van instandhouding niet significant negatief beïnvloed wordt door de uitvoering van het faunabeheerplan.
c. Een faunabeheerplan beschrijft op welke wijze invulling is gegeven aan de in de toelichting beschreven escalatieladder.
d. Kwantitatieve gegevens over de aanwezigheid van de populatie binnen de provincie Zuid-Holland gedurende het jaar.
e. een beschrijving van de schade als bedoeld in artikel 3.15, zesde lid, dan wel 3.17, eerste lid, van de wet, in de periode voorafgaand aan het ter goedkeuring indienen van het faunabeheerplan; per gebied een beschrijving van de handelingen die in de periode voorafgaand aan het ter goedkeuring indienen van het faunabeheerplan, zijn verricht om schade als bedoeld onder c te voorkomen, en voor zover die kwantitatieve gegevens redelijkerwijs kunnen worden verkregen, een beschrijving van de effectiviteit van die handelingen;
f. een beschrijving van de locatie, periode, aard, omvang en noodzaak van de bestrijding van schadeveroorzakende dieren;
g. een omschrijving van passende en doeltreffende preventieve maatregelen en de mate waarin deze maatregelen moeten worden ingezet alvorens mag worden overgegaan tot schadebestrijding, en;
h. voor zover daarover gegevens beschikbaar zijn, een onderbouwde inschatting van de verwachte effectiviteit van de bestrijding als bedoeld onder a.

4. Indien er aan één of meerdere van bovenstaande vereisten niet wordt voldaan, waarom handelen GS dan in strijd met de eigen provinciale verordening en de Wet Natuurbescherming?
5. Wat is de daadwerkelijke schade door zwarte kraai, kauw, houtduif, vos, konijn en Canadese gans in het afgelopen jaar en op welke wijze en door wie is dit vastgesteld en wat is de verwachtte omvang van deze schade in de periode tussen nu en de vaststelling van de nieuwe faunabeheerplannen?
6. De provincie Noord-Holland heeft aangekondigd tijdelijk de landbouwschade die wordt veroorzaakt door zwarte kraai, houtduif, kauw en konijn te vergoeden, omdat er geen geldend faunabeheerplan is en deze diersoorten niet mogen worden gedood. Zijn GS bereid om het voorbeeld van de provincie Noord-Holland te volgen? Zo nee, wat zijn hierbij de overwegingen om dat in tegenstelling tot Noord-Holland niet te doen?
7. Wij hebben uit de bijgevoegde informatie begrepen dat de nieuwe Faunabeheereenheid Zuid-Holland recent is opgericht. Graag vernemen wij van GS wie er in het bestuur van deze Faunabeheereenheid zitting hebben en welke instelling of organisatie door deze personen worden vertegenwoordigd.
8. Is de faunabeheereenheid in de nieuwe samenstelling het ermee eens dat er volgens de door GS voorgestelde werkwijze wordt gehandeld tot dat de nieuwe faunabeheerplannen gereed zijn?
9. Wanneer verwachten GS dat door de nieuwe Faunabeheereenheid de faunabeheerplannen zullen worden ingediend?
10. Worden deze plannen volgens afspraak eerst aan Provinciale Staten toegestuurd? Zo nee, waarom niet?
11. Zijn GS bereid om deze faunabeheerplannen ter inzage te leggen? Zo nee, waarom niet? Zo ja, op welke wijze?
12. Wat de vos en houtduif betreft zijn volgens onze informatie GS van plan om een opdracht op grond van artikel 3.18 van de Wet Natuurbescherming te geven. Waarom kiest u hiervoor en bent u van plan om vaker deze werkwijze te hanteren? Zo ja, waarom? Zijn GS van plan om bij deze opdracht een voorhangprocedure te laten plaatsvinden zodat deze opdracht eerst aan PS wordt voorgelegd? Zo nee, waarom niet?

A.H.K van Viegen

Fractievoorzitter Partij voor de Dieren

Provinciale Staten Zuid-Holland

[1] http://www.gfactueel.nl/Home/Nieuws/2017/3/Provincie-noodoplossing-voor-jacht-107696E/

Indiendatum: mrt. 2017
Antwoorddatum: 20 mrt. 2017

Klik hier voor de antwoorden.

Interessant voor jou

Technische vragen actualisatie beleidsvisie Groen

Lees verder

Schriftelijke vragen bestemmingsplan natuur- en recreatiegebied Schieveen

Lees verder

Help mee aan een betere wereld

    Word lid Doneer