Partij voor de Dieren wil uitbreiding nert­sen­fok­kerij Alphen voorkomen

Den Haag, 6 mei 2008 – De Partij voor de Dieren in Zuid-Holland wil de voorgenomen uitbreiding van een nertsenfokkerij in Alphen aan den Rijn voorkomen. De partij heeft hierover inmiddels vragen gesteld aan Gedeputeerde Staten in Zuid-Holland. Als namelijk blijkt dat een nertsenfokkerij valt onder het begrip ‘intensieve veehouderij’, dan kan de provincie een vergunning voor uitbreiding weigeren.

Een nertsenfokker aan de Steekterweg in Alphen aan den Rijn heeft bij de gemeente toestemming gevraagd zijn bedrijf te mogen uitbreiden. Drie partijen in die gemeente – D66, SP en GroenLinks – hebben al laten weten dat zij tegen deze uitbreiding zijn. Naar aanleiding van een krantenbericht over deze kwestie heeft de Statenfractie van de Partij voor de Dieren (PvdD) in Zuid-Holland Gedeputeerde Staten gevraagd of de provincie de bevoegdheid heeft om een vergunning voor uitbreiding van de nertsenfokkerij te weigeren.

In de nota ‘Regels voor Ruimte’ van de provincie Zuid-Holland staat namelijk dat vestiging van nieuwe intensieve veehouderijen en uitbreiding van bestaande agrarische bedrijven met intensieve veehouderij als neventak is uitgesloten. Het provinciale beleid is er dus op gericht om uitbreiding van intensieve veehouderijen niet toe te staan. Onduidelijk is echter of een nertsenfokkerij valt onder het begrip ‘intensieve veehouderij’. De fractie van de PvdD wil hierover duidelijkheid van het provinciebestuur. Als het antwoord ‘ja’ is, zouden Gedeputeerde Staten de vergunning moeten weigeren, meent de PvdD.

In Nederland worden elk jaar ruim vier miljoen nertsen gefokt voor hun vacht. Dit gebeurt op zo'n 200 bontfokkerijen. Nederland is één van de grootste producenten van nertsenbont ter wereld. Het overgrote deel van de productie is bestemd voor de export. In Nederland is bijna geen vraag naar bontproducten. Na hun dood eindigen de nertsen als jas, kraag of muts. Al meer dan twintig jaar staat de pelsdierenfokkerij in ons land ter discussie. Uit onderzoek is gebleken dat maar liefst 86 procent van de Nederlanders vindt dat het fokken van nertsen moet worden verboden.

De gefokte nertsen komen op een wrede manier aan hun einde. Welke methode er ook wordt gebruikt, ze zorgen allemaal voor stress, pijn en een onnodige dood van de dieren. De zogenaamde diervriendelijke manieren die bontfokkers gebruiken om de dieren te doden zijn: vergassing, het breken van de nek, anale elektrocutie en injecties met vergif. Maar er zijn ook fokkers die hun dieren doodknuppelen, om de kosten zo laag mogelijk te houden. Sommige bontproducenten geven de voorkeur aan het ronddraaien van de kop van kleinere pelsdieren, totdat de nek breekt. Dit omdat ze beweren dat het vergassen tot een verkleuring van het bont leidt. De PvdD in Zuid-Holland vindt dan ook dat de bontproductie in deze provincie sowieso zou moeten worden verboden.