Provincie moet strenger toezien op natuurbeheer door boeren
Den Haag, 15 februari 2017 – De Partij voor de Dieren en de PvdA in Zuid-Holland vinden dat de provincie veel strenger moet toezien op het natuurbeheer door boeren. De provincie geeft tientallen miljoenen euro’s subsidiegeld uit aan agrarisch natuurbeheer, zonder dat de natuur er substantieel op vooruit gaat.
De provincie Zuid-Holland is eigenaar van een aantal veenweidegebieden annex natuurgronden in de Krimpenerwaard. Ze zijn belangrijk als leefgebied voor weidevogels. Zuid-Holland heeft zich verplicht om zich in te zetten voor verbetering van de natuur in Zuid-Holland en doet dat hoofdzakelijk via agrarisch natuurbeheer. Dit beheer richt zich voornamelijk op verbetering van de natuur in de veenweidegebieden, en dan vooral op de verbetering van de weidevogelstand, want deze vogels worden ernstig in hun voortbestaan bedreigd.
De provincie verpacht de veenweidegebieden aan de Natuurcoöperatie en het Zuid-Hollands landschap. Die laten op hun beurt de gebieden beheren door een aantal plaatselijke boeren. Zij moeten er voor zorgen dat de natuur er kwalitatief op vooruit gaat. Daarvan profiteren dan onder meer de weidevogels.
De Partij voor de Dieren en de PvdA in Zuid-Holland hebben echter signalen ontvangen dat de voorwaarden die de genoemde organisaties aan het natuurbeheer verbinden, onderling sterk van elkaar verschillen. Beide partijen hebben daarom over deze kwestie vragen gesteld aan Gedeputeerde Staten.
Zij willen onder meer weten welke eisen de provincie aan de Natuurcoöperatie en het Zuid-Hollands Landschap heeft gesteld wat betreft het beheer en gebruik van de veenweidegebieden in de Krimpenerwaard. Te meer omdat de provincie daar vele tientallen miljoenen euro’s subsidiegeld aan uitgeeft.
Zo mogen de boeren de gebieden die als agrarische grond zijn aangewezen, gebruiken en laten meetellen voor de uitstoot van stikstof, afkomstig van de mest uit de veehouderij. Maar zij gebruiken daarvoor ook de gronden die zijn aangewezen als natuurgebied en dat mag niet. Dit laatste gebeurt in de natuurgebieden die de Natuurcoöperatie pacht en in beheer uitgeeft.
Het Planbureau voor de Leefomgeving heeft geconstateerd dat de uitstoot van stikstof in natuurgebieden daardoor 16 procent hoger is dan volgens de Europese regels mag. De Partij voor de Dieren en de PvdA willen daarom dat de provincie er strenger op gaat toezien dat natuurgebieden ook echt als zodanig worden beheerd en dat bemesting ervan verboden gaat worden.
Tenslotte willen de twee partijen weten of het klopt dat de provincie heeft ingestemd met een proef om 20 hectare in het aangewezen natuurgebied in de Krimpenerwaard te gebruiken voor de teelt van cranberrys. Omdat er hier geen sprake is van agrarisch natuurbeheer, zou de provincie die toestemming moeten terugdraaien.
Gerelateerd nieuws
Provincie eens met Partij voor de Dieren: geen strandhuizen bij Kijkduin
Den Haag, 13 februari 2017 – Gedeputeerde Staten van Zuid-Holland zijn het eens met de Partij voor de Dieren dat er geen stra...
Lees verderPartij voor de Dieren: geen mestfabrieken in Zuid-Holland
Den Haag, 6 april 2017 – Mest is geen duurzame energiebron, omdat het afkomstig is uit de vervuilende vee-industrie. Ook lope...
Lees verder