Monde­linge vragen bouw strand­huizen Kijkduin

Indiendatum: feb. 2017

Toelichting

Naar aanleiding van recente informatie die wij ontvingen, wil de fractie van de Partij voor de Dieren de volgende vragen aan u voorleggen. De fractie stelt mondelinge vragen, omdat de gemeente al op 1 maart a.s. wil beginnen met de bouw van de strandhuizen.

Vragen

1. Is het juist dat de provincie Zuid-Holland één dag te laat was met het indienen van een bezwaar tegen de plannen van de gemeente Den Haag voor de bouw van de strandhuizen in Kijkduin?
2. Zo ja, waarom was de provincie te laat?
3. Welke vervolgstappen gaat u in dat geval nemen om de fout te herstellen en om te vooromen dat op 1 maart a.s. gestart gaat worden met de bouw van de strandhuizen?
4. Is het juist dat op de plaats waar de strandhuizen in Kijkduin gepland zijn onlangs het strand met ongeveer 3 meter is opgehoogd?
5. Zo ja, waarom is dat volgens u gedaan?
6. Is het juist dat deze ophoging in strijd is met de Natuurwetgeving en met hetgeen juist met de Zandmotor wordt beoogd? Zo ja, welke maatregelen gaat u treffen? Zo nee, kunt u nader toelichten waarom er in overeenstemming met wettelijke natuurregels is gehandeld?
7. Wat is/wordt er gedaan met het handhavingsverzoek van natuurorganisaties aan de Omgevingsdienst Zuid-Holland Zuid?
8. Hoe kon het gebeuren dat de gemeente Den Haag nieuwe vergunningen heeft afgegeven zonder dat rekening gehouden is met provinciaal beleid?

A.H.K. van Viegen

Fractievoorzitter Partij voor de Dieren

Provinciale Staten Zuid-Holland