Schrif­te­lijke vragen ontheffing aalscholvers

Indiendatum: dec. 2010

SCHRIFTELIJKE VRAGEN

Aan : Gedeputeerde Staten
Datum : 8 december 2010
Onderwerp : Schriftelijke vragen ontheffing aalscholvers

Toelichting
Op 30 december 2009 ontving u van de Groenservice Zuid-Holland een aanvraag om ontheffing ex artikel 68 van Flora- en faunawet voor het opzettelijk verontrusten en verwijderen van nest-, rust- en verblijfplaatsen van aalscholvers in de Reeuwijkse Hout in het kader van het project 'Ecosysteemherstel Reeuwijkse Hout'. De ontheffing is verleend op maart 12 maart 2010 voor de periode van 12 maart tot en met 19 maart 2010 (PZH-2010-162790408).

Advies
Overeenkomstig de bepalingen in de Flora- en faunawet is voor deze ontheffing op 27 februari 2010 advies gevraagd aan het Faunafonds. Het Faunafonds heeft vervolgens geadviseerd -gelet op het tijdstip in het broedseizoen en het ontbreken van een helder totaalplan- de gevraagde ontheffing niet te verlenen.

Vervolgens ontving u op 9 april 2010 weer een verzoek van de Groenservice Zuid-Holland om de periode waarvoor deze ontheffing was verleend, te wijzigen in de periode van 1 oktober 2010 tot en met 31 december 2010. De reden voor dit verzoek was dat de Groenservice Zuid-Holland besloten had in de periode van 12 maart tot en met 19 maart 2010 geen gebruik te maken van de ontheffing vanwege geconstateerde broedgevallen van aalscholvers in het betreffende gebied.

U heeft op 6 mei 2010 wederom een ontheffing verleend (PZH-2010-171977485) voor de periode van 1 oktober 2010 tot en met 31 december 2010.

Vragen
Naar aanleiding van de bovenstaande toelichting wil de Partij voor de Dieren de volgende vragen aan u voorleggen:

1. Waarom heeft u ondanks het negatieve advies van het Faunafonds toch de ontheffing (PZH-2010-162790408) verleend?
2. Groenservice Zuid-Holland diende pas na 3 weken nadat de ontheffing verlopen was een verzoek in om een nieuwe ontheffing aan te vragen. Wat vindt u van deze werkwijze?
3. Heeft u met de Groenservice Zuid-Holland gecommuniceerd over het geen gebruik maken van de ontheffing? Zo ja, wat hebt u aangegeven en waarom is er later alsnog een 2e ontheffing verleend?
4. Bent u het met onze fractie eens dat deze ontheffing helemaal niet verleend had hoeven worden? Zo ja, wat gaat u hieraan doen? Zo nee, waarom niet?

A.H.K. van Viegen

Fractievoorzitter Partij voor de Dieren
Provinciale Staten Zuid-Holland