Schrif­te­lijke vragen Water­kwa­liteit

Indiendatum: mei 2011

SCHRIFTELIJKE VRAGEN

Aan : Gedeputeerde Staten
Datum : 27 mei 2011
Onderwerp : Schriftelijke vragen Waterkwaliteit

Toelichting
13 mei jongsleden werd in het programma “Uitgesproken” gewezen op de dramatische waterkwaliteit in Delfland. Dit programma verwees naar de rapportage Waterkwaliteit glastuinbouwgebied 2005-2009 waarover eerder dit jaar door D66 vragen zijn gesteld. Uit de rapportage blijkt dat stikstof en fosfaat een factor 5 boven de norm uitkomen en pesticiden een factor 700 tot 3000, afhankelijk van het meetpunt en het soort middel. Eerdere rapportages van het Hoogheemraadschap van Delfland wezen reeds uit dat het water relatief schoon Delfland instroomt en in Delfland vervuild wordt. Als één van de voornaamste oorzaken wordt de (glastuin)landbouw genoemd.

In reactie op de vragen van D66, gesteld op 24 febr. jl., geeft u aan: “Op dit moment is nog niet zeker in welke komende planperiode (2016-2021 of 2022- 2027) kan worden voldaan aan de KaderRichtlijn Water (KRW)-doelen in de genoemde waterlichamen [Westboezem en Polder Berkel, C.v.V.].” Ten aanzien van het derde KRW-lichaam in het glastuinbouwgebied binnen het Hoogheemraadschap van Delfland – de Oostboezem – is in het provinciaal Waterplan al aangegeven dat de doelen voor dit KRW-lichaam in 2027 niet worden gehaald zonder extra planologische mogelijkheden voor Delfland om te investeren in de waterkwaliteit. Hierbij valt te denken aan ruimtelijke ontwikkelingen waar Delfland bij kan aanhaken.

28 april jongsleden stemde het Hoogheemraadschap van Delfland in met het stuk “Programmaplannen Delfland 2011” Hierin stelt Delfland: “Geen investeringen zijn er voorzien voor de programmalijn chemische waterkwaliteit.” Om KRW-doelstellingen te halen richt Delfland zich – in samenwerking met de gemeenten – op het aansluiten van glastuinbouwbedrijven op riolering en sterke inzet op vergunning & handhaving. Recent heeft Delfland brieven gestuurd naar de provincie Zuid-Holland en het Ministerie van Infrastructuur & Milieu om hen te wijzen op hun verantwoordelijkheden ten aanzien van het behalen van KRW-doelstellingen.

De PvdD-fractie heeft het beeld dat het Hoogheemraadschap van Delfland werkt aan een dossier waaruit blijkt dat zij alles er aan doet wat in haar vermogen ligt en dat dientengevolge het niet halen van KRW-doelstellingen veroorzaakt wordt door onvoldoende flankerende maatregelen van andere overheden, waaronder de provincie.

De provincie Zuid-Holland is verantwoordelijk voor de vertaling van het nationaal waterbeleidskader naar een regionaal waterbeleidskader. De provincie richt zich vooral op strategisch beleid en heeft een aantal operationele beheertaken binnen het grondwater- en vaarwegbeheer. De provincie blijft echter, ook na de inwerkingtreding van de Waterwet, bevoegd gezag voor vergunningverlening en handhaving van ondermeer grondwateronttrekkingen. Voorts staat op pagina 15 van het hoofdlijnenakkoord: “Wij vinden het belangrijk dat de kwaliteit van grond- en oppervlaktewater goed is.”
Naar aanleiding van de bovenstaande toelichting wil de fractie van de Partij voor de \Dieren de volgende vragen aan u voorleggen

Vragen

1) Bent u op de hoogte van de inhoud van het programma “Uitgesproken” betreffende het item “Gif in de sloot”?¹
2) Bent u met ons van mening dat de Provincie haar verantwoordelijkheid moet nemen om boetes ten gevolge van het niet halen van KRW-doelstellingen te voorkomen? Zo nee, waarom niet? Zo ja, welke extra maatregelen gaat u nemen en wanneer?
3) Hoe gaat u waarborgen dat de komende collegeperiode voldoende flankerende maatregelen worden genomen om i.s.m. Delfland en gemeenten de KRW-doelstellingen te halen? Kunt u dit zo nauwkeurig mogelijk voor ons omschrijven?
4) In het Provinciale Waterplan 2010-2015 staat vermeld; “De provincie zal, om de waarden van water beter te benutten, in de planperiode de waterkwaliteit nauwer verweven met beleid over leefomgevingskwaliteit en recreatie en landschap”( Pag. 58).
a. Hoe gaat u dit nader uitwerken?
b. Bent u met ons van mening dat de provincie voor de Oostboezem ruimtelijke ontwikkelingen moet stimuleren om zo in samenwerking met gemeenten en Hoogheemraadschap Delfland de KRW-doelstellingen te halen? Zo nee, waarom niet? Zo ja, hoe wilt u dit gaan vormgeven?
5) Het college heeft een overeenkomst getekend over het aansluiten van glastuinbouwbedrijven op riolering. Deze overeenkomst loopt binnenkort af, er zijn dan geen bestuurlijke drukmiddelen meer om gemeente en glastuinbouwbedrijven te stimuleren de bedrijven aan te sluiten op het rioolstelsel.
a. Ben u het met ons van mening dat het van grote toegevoegde waarde zou zijn als deze overeenkomst met gemeente Westland zou worden verlengd of een nieuwe overeenkomst zou worden getekend? Zo nee, op welke wijze wilt u dan bevorderen dan aansluiting plaatsvindt? Zo ja, welke actie gaat u ondernemen en op welke termijn?
b. Er is op dit moment geen overeenkomst met Lansingerland. Bent u van mening dat een overeenkomst zoals met gemeente Westland van grote toegevoegde waarde zou zijn? Zo nee, op welke wijze wilt u dan bevorderen dan aansluiting plaatsvindt? Zo ja, welke actie gaat u ondernemen en op welke termijn?
c. Bent u met ons van mening dat bestuurlijke druk en/of een sterke regierol van de provincie nodig is om ervoor te zorgen dat aansluiting plaatsvindt? Zo nee, waarom niet? Zo ja, op welke wijze gaat u dit oppakken?