Vragen naar aanleiding van het Coali­tie­ak­koord 2011-2015 door Partij voor de Dieren

Indiendatum: mei 2011

1) Dierenwelzijn is opgenomen in het coalitieakkoord. Dat is een mooi begin. Is het college bereid om beleidsvoorstellen op alle terreinen waar dierenwelzijn in het geding is, dierenwelzijn mee te nemen in de belangenafweging en in deze beleidsvoorstellen expliciet aan te geven wat het effect is of kan zijn van het voorgenomen beleid op het welzijn van dieren, op welke wijze negatieve effecten tot een minimum beperkt kunnen worden. Kan het nieuwe college onze fractie hierover een toezegging doen?
2) In het coalitieakkoord staat vermeld: “Voor het economische vestigingsklimaat en het leefklimaat van de inwoners van Zuid-Holland is het van groot belang dat er voldoende recreatie en natuur in Zuid-Holland is”. Onze fractie is van mening dat dit een wat éénzijdige benadering is, omdat natuur alleen wordt genoemd als zijnde van belang voor het economische vestigingsklimaat en het leefklimaat van de menselijke inwoners van Zuid-Holland (profit en people). Naast een economisch belang en een belang voor het leefklimaat van mensen heeft natuur naar onze mening ook een ecologisch belang en een intrinsieke waarde. Vanuit duurzaamheid beredeneerd heeft natuur naast ‘profit’ en ‘people’ ook een ‘planet’ aspect, die ik in het akkoord niet terug vind. Erkent u als college de intrinsieke waarde van de natuur en bent u bereid om bij de uitwerking van het Coalitieakkoord 2011-2015 het ‘planet’ aspect van natuur nader uitwerken en de volgende aspecten minimaal hierin meenemen:
- het leefklimaat van in het wild levende dieren van Zuid-Holland;
- de ecologische functie van de natuur in Zuid-Holland (naast de economische functie van de natuur);
- verbetering van biodiversiteit in Zuid-Holland?
3) De coalitie wil de Groenservice Zuid-Holland (GZH) verzelfstandigen en het beheer van recreatiegebieden overlaten aan gemeenten. Recreatiegebieden zijn veelal gemeenteoverstijgend en het gevaar is aanwezig dat er tussen gemeenten veel geharrewar zal komen over de financiering van het beheer van deze gebieden. Ik vraag mij af of dit de efficiëntie zal vergroten, zoals u aangeeft in het akkoord? Hoe denkt het college de efficiëntie vorm te geven en hoe om te gaan met mogelijke bestuurlijke drukte die hierdoor kan ontstaan en wat zijn de consequenties van de bezuinigingen, die hieruit voortvloeien?
4) Het kabinet heeft besloten om het Kierbesluit terug te draaien, valt te lezen in het coalitieakkoord. De 1e Kamer heeft echter een motie aangenomen om het Kierbesluit wel doorgang te laten vinden. Op welke wijze gaat het nieuwe college dit besluit betrekken in het akkoord en de daarop betrekking hebbende plannen?
5) Onze fractie is blij met de inzet op herstructurering en intensivering van het gebruik van bestaande bedrijventerreinen. Wat onze fractie betreft zou hetzelfde moeten gebeuren met de glastuinbouw. Hoe staat het nieuwe college hier tegenover?
6) Tussen het Rijk en de provincies zijn bindende afspraken gemaakt m.b.t. de realisatie van de Ecologische Hoofdstructuur (EHS). Vanuit het oogpunt van een betrouwbare overheid is het belangrijk om deze afspraken na te komen. Is het college bereid om er bij het Rijk op aan te dringen om de gemaakte afspraken over de EHS na te komen?