Bijdrage IC commissie Herziening omgevingsbeleid
Voorzitter,
Het spreekwoord ‘het gras is groener aan de andere kant van de heuvel’ kent iedereen. Er is ook een variant, die mij persoonlijk meer aanspreekt: ‘het gras is groener op de plek waar het water krijgt’. Met andere woorden, wat je aandacht geeft, krijgt de kans om te groeien.;
Op een aantal punten betekent de voorliggende herziening van het omgevingsbeleid een verbetering, maar we zien ook gemiste kansen. In de ontwerp herziening is het belang van een ‘toekomstgericht’ beleid benoemd, maar de concrete invulling hiervan ontbreekt. Ik lees: in deze ronde van aanpassingen richten we ons primair op het gebruikersvriendelijk maken. De Partij voor de Dieren vindt het zorgelijk dat gemeenten die het financieel en bestuurlijk al zwaar hebben, NOG meer verantwoordelijkheid gaan dragen voor het behoud van kwetsbare waarden in onze fysieke leefomgeving. Hiervoor is provinciaal beleid van belang om richting te geven aan ruimtelijke ontwikkelingen.
In de visie is beschreven dat de gebiedsprofielen betrokken worden in de beoordeling van ruimtelijke plannen. Deze bieden nu nog weinig inzicht in ruimtelijke dilemma’s en mogelijke scenario’s voor de toekomstige leefomgeving. Hierbij gaat het niet alleen om de kansen voor behoud, maar ook voor versterking van de leefomgeving voor mens én dier.
Als PS zich meer richt op het toekomstgericht maken van ruimtelijk beleid, dan kan er op provinciaal niveau ingespeeld worden op de grote uitdagingen als de energietransitie, klimaatverandering, landbouwtransitie en de biodiversiteit. En waarom zo lang wachten met een onzekere uitkomst in het verschiet. De verschillende crisissen moeten gestructureerd en integraal aangepakt worden. Deze herziening straalt die urgentie nu nog niet uit. Deze zorg herken ik in het PAL advies. De vraag is hoe we het advies oppakken als PS: leggen we het naast ons neer, of nemen we het ter harte en gaan aan de slag met de aanbevelingen? Met andere woorden, laten we het gras in Zuid-Holland verdorren of kiezen we ervoor om het omgevingsbeleid water te geven en nemen we een pro-actieve houding aan? Onze voorkeur gaat uiteraard uit naar de tweede optie.
Ruimtelijke kwaliteit
Een algemene opmerking in aansluiting op de bijdrage van de heer Van Rijnberk over de ruimtelijke kwaliteit: deze is nog niet uitgewerkt. Met name wat betreft de gezonde leefomgeving is er nog ruimte voor invulling op het gebied van de lucht-, water- en bodemkwaliteit.
Stranden toegevoegd als recreatie
De stranden worden toegevoegd als recreatie. In deze herziening worden stille stranden aangemeld als ‘recreatie’, maar aanzienlijke delen van het stille strand zijn aangewezen als NNN en/ of N2000 gebied. Vraag aan Gedeputeerde is wat de grondslag van deze keuze is, en of hij onze zorg deelt of de recreatieve functie een aantrekkende werking zal hebben voor de realisatie van nieuwe recreatievoorzieningen, die de NNN en N2000 doeleinden mogelijk aantasten? Graag een reactie.
Bos- en bomenbeleid ten aanzien van de herplantpicht
Artikel 3.66 onder b: hier staat dat de herbeplanting kwalitatief en kwantitatief in een redelijke verhouding staat tot de gevelde of op een andere manier tenietgegane houtopstand. Waarom is voor deze formulering gekozen, de ‘redelijke verhouding’? Wij willen hier geen redelijke verhouding, maar even goed of zelfs beter! In het algemeen: betere bescherming van bomen in het buitengebied!
Hanke Hoogerwerf
Statenlid Partij voor de Dieren
Provincie Zuid-Holland
Interessant voor jou
Bijdrage Provinciale Staten Stemverklaringen Omgevingsverordening
Lees verderBijdrage RWE commissie Verstedelijkingsstrategie
Lees verder