Bijdrage Nota Voor­keur­sal­ter­natief Rijn­Gou­weLijn West


24 juni 2009

Voorzitter. Allereerst wil ik benadrukken dat mijn fractie in principe voor stimulering van het Openbaar Vervoer is.

Echter, er kleven aan het voorliggende voorstel veel bezwaren.
• Ten eerste wordt er door de aanleg van de RGL weer infrastructuur aangelegd dwars door het groene landschap, waardoor de migratie en de leefomgeving van flora en fauna meer en meer worden ingeperkt. Ook zal de RGL een negatieve uitwerking het op de landschappelijke kwaliteit in het gebied tussen Leiden en Katwijk en Katwijk en Noordwijk.
• Het betreft een tracé dat het kleinschalige en authentieke karakter van dorpen als Katwijk en Noordwijk aantast, doordat het dwars door deze kernen loopt. Het traject heeft veel impact op de kwaliteit van de leefomgeving. De sneltram is in de spits een gevaarte van 75 meter lang en bijna 4 meter hoog wat 4 keer per uur door de kernen moet gaan rijden. Hoe zit het met veiligheid, geluidsoverlast, trillingen en het onaangename beeld van een wirwar van bovenleidingen? Dat past niet in dorpen als Katwijk en Noordwijk met een uitstraling van rust, ingetogenheid en kwaliteit. In de Structuurvisie van Noordwijk bijvoorbeeld wordt juist aangegeven dat de dorpskern onaangetast moet blijven Veel bewoners en ook de lokale politiek van Noordwijk maken zich terecht veel zorgen hierover.
• Mijn fractie ondersteunt het Noordwijkse alternatief dat onder meer voorziet in een goede busverbinding met de NS-stations Voorhout en Sassenheim. Dat is voor de regio een goede manier om snel naar Schiphol en Amsterdam te reizen.
• Grote vervoerstromen van en naar de kust zijn slechts van tijdelijke aard, namelijk tijdens de seizoensmaanden juli en augustus. Het is daarom een stuk goedkoper om in deze (zeer korte) drukke periode extra bussen in te zetten.
• Een ander punt is dat het tracé erg duur is en dat er een zeer geringe financiële dekking is. Het Noordwijkse voorstel levert een besparing op van 80 miljoen euro. Een light-rail verbinding is zonder aanpassingen een onveilig vervoermiddel. De komst van de RGL zal daarom hoge locale aanpassingskosten vergen om de veiligheid van zowel de reiziger als burgers te garanderen (denk bijvoorbeeld aan het ongelijk-vloers maken van belangrijke kruisingen, doorsnijden van rotondes, het verplaatsen van locale tankstations). Een dergelijk project brengt dus enorme kosten met zich mee voor zowel de landelijke als de locale belastingbetaler. Een groot deel van de financiële dekking van dit project ontbreekt tot op dit moment volledig en het is volstrekt onduidelijk, hoe de provincie het financiële gat denkt te financieren. Zij gaat ervan uit dat het rijk wel zal meebetalen, maar dat is nog maar zeer de vraag in deze tijd van bezuinigingen. En de ervaring leert dat dit type projecten op termijn een vertweevoudiging of zelfs verdrievoudiging van de initiële projectkosten laten zien en daar wordt nu in het geheel geen rekening mee gehouden. Sterker nog: de huidige kosten zijn nog maar net voor de helft gedekt. Voorbeelden uit het verleden laten niets aan duidelijkheid over: De Randstadrail, de HSL en de Betuwelijn. En dan nog maar over het rendement van de laatste niet te spreken Om dan een dergelijk groot project te starten is naar de mening van mijn fractie onverantwoord! Wie mag het uiteindelijk gaan betalen als er tekorten zijn: Ja u raadt het al, de burger.
• De komst van de RijnGouwelijn-West betekent volgens de Tracénota/MER slechts een groei van het OV als geheel in het gebied van 2%. Dat houdt in dat de RijnGouwelijn-West nauwelijks nieuwe passagiers trekt, maar er slechts voor zorgt dat reizigers de RijnGouwelijn nemen in plaats van de daartoe opgeheven bus. Om in de MKBA de kosten en de baten van de RijnGouwelijn-West met elkaar in evenwicht te brengen, ondanks de teleurstellende vervoerswaarde, heeft men de aanname moeten doen dat de passagiers ondanks een in veel gevallen grotere loopafstand het gebruik van de RijnGouwelijn zodanig waarderen dat ze er per rit 50 cent extra voor over hebben. Omgerekend komt dat neer op een verhoging van 50% per gemiddelde ritprijs. Wanneer de RijnGouwelijn zodanig gewaardeerd wordt, zou je verwachten dat het totale OV-systeem dan ook meer passagiers trekt. Nu dat niet verwacht wordt, is daarmee deze aanname naar de mening van mijn fractie niet gerechtvaardigd.
• Door de komst van de RGL zullen immers alle busverbindingen vervallen. Mijn fractie geeft de voorkeur aan het alternatief van investering in hoogwaardige busverbindingen. Hoogwaardig betekent moderne, flexibele, milieuvriendelijke, hybride voertuigen, en voor een ieder toegankelijke bus met een vrije busbaan.
• In zijn notitie van 19-11-2008 over de vervoerwaarde van de RijnGouwelijn schrijft Gedeputeerde van Dijk: “Daarbij is het zo dat de RijnGouwelijn geen centrale ligging heeft in het vervoergebied. De samenhang tussen de bus en de light rail is in vervoerkundige zin relatief beperkt”. In het huidige plan ontbreekt dus de samenhang van het OV.
Gezien alle genoemde argumenten zal mijn fractie niet instemmen met het voorliggende instemmingsplan.

Interessant voor jou

Bijdrage jaarstukken 2008

Lees verder

Bijdrage partiële wijziging Provinciaal Meerjarenprogramma Landelijk Gebied 2007-2013

Lees verder

Help mee aan een betere wereld

    Word lid Doneer