Bijdrage onderzoek Onder­zoeksraad voor de Veiligheid m.b.t. Odfjell


12 september 2013

Uit het rapport van de Onderzoeksraad voor de Veiligheid blijkt dat Odfjell, alsmede alle bedrijven in de keten, er een puinhoop van hebben gemaakt. Wat erger is, is dat er willens en wetens overtredingen zijn geweest en dat overtredingen niet zijn gerapporteerd. En nog erger is: uit het rapport blijkt dat de DCMR er niet in slaagde de situatie structureel te verbeteren. GS moeten hier in de toekomst nadrukkelijk en consequent op sturen en controleren, ook op de langere termijn.

De provincie moet in het geval van risicovolle zaken de sturing niet volledig mandateren, maar zelf grip houden op de sturing bij de vergunningverlening. Volledige mandatering, daar waar er sprake is van risico’s voor de veiligheid van mensen en dieren vindt onze fractie niet wenselijk.

Dit rapport besteedt jammer genoeg nauwelijks aandacht aan de dieren die slachtoffer zijn geworden van de uitgelekte stoffen. Er zijn geen mensen ziek geworden, maar er zijn wel dieren overleden.

Het onderzoeksrapport doet goede aanbevelingen. Met name wil onze fractie het belang benadrukken van het scheiden van bevoegdheden.

De provincie, en ook het Rijk, moeten de bevoegdheid hebben en houden om een einde te maken aan een situatie waarin een bedrijf keer op keer overtredingen begaat. Een nieuwe nota Vergunningen Toezicht en Handhaving moet hier in voorzien. We zien uit naar deze nota en gaan er vanuit dat de aanbevelingen hierin verwerkt worden.

Er zijn systemen waaruit kan blijken of bedrijfsprocessen op orde zijn. De ondernemer heeft – zowel wettelijk als moreel – de verantwoordelijkheid en de plicht om aan de overheid te bewijzen dat zijn processen op orde zijn en het is goed dat GS het standpunt zijn toegedaan dat een bedrijf het vertrouwen van de overheid moet verdienen. Sancties moeten kunnen worden ingezet wanneer bedrijven geen toetsbare bewijzen aanleveren, waarbij de risico’s en beheersmaatregelen goed uitgelegd en duidelijk zijn. Deze systemen zijn een aanvulling op en maken onderdeel uit van fysieke controles bij bedrijven.

Er zijn enkele keuzes die in deze nieuwe nota dienen te worden gemaakt en uitgewerkt.

Wat is het minimale niveau van controle waarmee BRZO-bedrijven te maken krijgen?
Hoeveel kennis moet de DCMR zelf in huis hebben om hun taken te kunnen uitvoeren? Met andere woorden; hoe afhankelijk mag DCMR zijn - van de bedrijven die zij controleert - en van hun informatie. Wij zijn van mening dat de DCMR onafhankelijk moet kunnen opereren en zelfstandig de expertise hiervoor in huis moet hebben, dan wel binnen halen.

Onze fractie acht het van groot belang dat zo veel mogelijk lessen worden geleerd en toegepast. Hier is sprake van wijsheid achteraf, waarbij een gedegen en duurzame vooruitziende blik nodig is. Daarbij is het ook van belang dat deze lessen niet in aanbevelingen voor een beperkte deel van de organisatie worden opgepakt. Er moeten lessen geleerd worden:

Ten eerste over de DCMR.
Ten tweede over de andere RUD's.
Ten derde over de groene diensten. Voor de laatste dien ik een motie in.

Dank u wel!.

Interessant voor jou

Bijdrage Voorjaarsnota 2013, Kadernota 2014-2017 en subsidieplafonds 2014

Lees verder

Bijdrage Koersnotitie Ruimte en Mobiliteit

Lees verder

Help mee aan een betere wereld

    Word lid Doneer