Niet vossen, maar landbouw oorzaak afname weide­vogels


6 oktober 2016

Den Haag, 6 oktober 2016 – Niet vossen zijn de oorzaak van de afname van het aantal weidevogels, maar de intensieve landbouw. De provincie zou daarom de ontheffingen om vossen te mogen doden direct moeten intrekken. Dat stelt de Partij voor de Dieren in Zuid-Holland. Om weidevogels te beschermen is het beter om het waterpeil te verhogen, meer voedsel aan te bieden, minder gif te gebruiken en minder bemesting toe te passen.

De provincie Zuid-Holland gaf afgelopen juni de Wildbeheereenheid Delfland toestemming om ’s nachts vossen te doden met gebruikmaking van kunstlicht en het geweer. De provincie voert als argument de bescherming van weidevogels aan. Daarvoor zouden geen andere bevredigende oplossingen zijn. Om dezelfde reden verleende de provincie al dertien keer eerder een ontheffing van de Flora- en faunawet.

Volgens de Partij voor de Dieren in Zuid-Holland is de afname van het aantal weidevogels niet de schuld van de vos. De aantasting van het leefgebied van de vogels door de intensieve landbouw is daarvan de oorzaak, is uit diverse onderzoeken gebleken. Ook de aanwezigheid van andere roofdieren speelt een rol. De partij begrijpt dan ook niet hoe de provincie er bij komt dat de vos verantwoordelijk is voor de sterke terugloop van de weidevogelstand.

Daar komt bij dat door afschot in de nacht met gebruik van lichtbakken en honden er sprake is van een enorme verstoring van de kwetsbare weidevogels in hun broedgebieden. Er bestaan ook minder verstorende alternatieven om vossen te weren, zoals het aanbrengen van schrikdraad rond weidevogelgebieden. Dat gebeurt sinds het voorjaar van 2015. De ervaring leert dat dit een effectieve methode is. Toch beschouwt de provincie deze maatregel als onvoldoende, maar kan dat niet onderbouwen.

Het is bovendien bekend dat naarmate de weidevogeldichtheid groter is, de vogels hun natuurlijke vijand (de vos) beter zelf kunnen verjagen. Om de weidevogelstand op peil te houden, moet de kwaliteit van hun leefgebied worden verbeterd. Het gaat dan onder meer om de aanwezigheid van bloem- en kruidenrijk grasland, een hoger waterpeil, minder gifgebruik en bemesting en een beter maaibeleid. Vanwege de intensieve landbouw in Zuid-Holland zijn dergelijke maatregelen nu niet of nauwelijks mogelijk.

De Partij voor de Dieren wijst verder op het dierenleed in de vorm van een langzame hongerdood voor de jongen van doodgeschoten moedervossen en van zwangere moedervossen. Ook staat in de Flora- en faunawet dat ontheffingen alleen worden verleend op basis van een faunabeheerplan. Uitzonderingen zijn mogelijk, maar gezien het grote aantal ontheffingen zou zo’n beheerplan er wel moeten zijn.

Carla van Viegen, fractievoorzitter van de Partij voor de Dieren in de Provinciale Staten van Zuid-Holland: ‘In andere provincies wordt in dergelijke gevallen wel een faunabeheerplan opgesteld. Waarom dan niet in Zuid-Holland? De vos mag hier trouwens vrij worden bejaagd. Daarom willen we dat de provincie alle ontheffingen intrekt en inzet op niet-dodelijke alternatieven om vossen weg te houden van weidevogels’.

Gerelateerd nieuws

Geen woningbouw in polder Kaag en Braassem

Den Haag, 26 september 2016 – De Partij voor de Dieren in Zuid-Holland is tegen de plannen van de gemeente Kaag en Braassem o...

Lees verder

Provincie moet meer doen aan brandveiligheid stallen

Den Haag, 7 oktober 2016 – De provincie zou meer kunnen en moeten doen aan het verbeteren van de brandveiligheid van stallen....

Lees verder