Schriftelijke vervolgvragen bebouwing strand Hoek van Holland
Indiendatum: mei 2017
Toelichting
In antwoord op gestelde schriftelijke vragen over strandbebouwing in Hoek van Holland, nummer 3278, d.d. 18 april 2017, geeft u het volgende aan:
4) Past de bovenvermelde vergunning door de gemeente Rotterdam volgens u binnen dat ontwerpbestemmingsplan, maar ook binnen de provinciale regelgeving? Zo ja, kunt u dit nader toelichten? Zo nee, kunt u aangeven welke vervolgstappen u gaat zetten?
Antwoord
Ja, die vergunning wordt overgenomen in het ontwerpbestemmingsplan. In het programma Ruimte wordt de zuidwesthoek van Hoek van Holland als ontwikkellocatie genoemd. Van belang hierbij is dat nieuwe ontwikkelingen wel aan de gewenste kwaliteit voldoen. Het ketelhuis wordt gebouwd ten behoeve van de woningbouwontwikkeling Waterwegcentrum en is met zorgvuldigheid vormgegeven.
5) Kan er tegen deze vergunning en/of dit ontwerpbestemmingsplan door de provincie bezwaar worden gemaakt? Zo ja, gaat u dit doen en op welke wijze? Zo nee, waarom niet?
Antwoord
De vergunning voor het ketelhuis in Rotterdam is op 16 februari 2017 verleend. Hiertegen had de provincie in beginsel bezwaar kunnen maken. Hiertoe bestaat echter geen noodzaak; er is geen strijdigheid met het provinciale beleid geconstateerd.
Naar aanleiding van de antwoorden op deze gestelde vragen willen ondergetekenden de volgende vervolgvragen aan u voorleggen.
Vragen
1) Het bouwplan is volgens onze informatie gesitueerd op een locatie waar geen geldend bestemmingsplan is, maar wel een voorbereidingsbesluit, te weten “Voorbereidingsbesluit Actualisatie Wro 1 juli 2016”, vastgesteld door de gemeenteraad van Rotterdam op 23 juni 2016, van kracht met ingang van 1 juli 2016 en derhalve geldend ten tijde van verlening van de vergunning. Is het juist dat de vergunning is verleend in strijd met onderdeel 2 van voornoemd besluit, inhoudende een verbod om het feitelijk gebruik van de desbetreffende gronden en bouwwerken te wijzigen in een ander gebruik? Is hier volgens u sprake van strijdigheid met provinciale regelgeving?
2) In onderdeel 3. van het voorbereidingsbesluit is bepaald dat een omgevingsvergunning in afwijking van dit verbod kan worden verleend, indien het voorgenomen besluit past binnen het (in procedure te brengen) bestemmingsplan. Er is echter nog geen publiek beschikbare (in procedure te brengen) bestemmingsplan en er heeft geen openbare besluitvorming plaats gevonden. Is het juist dat hierdoor niet wordt voldaan aan de afwijkingsvoorwaarde 3 van het Voorbereidingsbesluit en inherent daaraan de wettelijke bepalingen? Is hier volgens u sprake van stijdigheid met provinciale regelgeving?
3) Welke maatregelen kunt u treffen op grond van provinciale bevoegdheden en gaat u dit ook doen? Zo nee, waarom niet?
4) Is het juist dat de bestemming waar het ketelhuis is gepland in het verleden bestemming ‘Natuur’ had en dat het nu ‘bestemmingsloos’ is, omdat de gemeente Rotterdam de termijn van het bestemmingsplan heeft laten verlopen?
5) Klopt het dat de gemeente Rotterdam een juridisch risico neemt als ze de vergunning definitief verlenen? Zo ja, welk standpunt nemen GS hierbij in?
6) Klopt het dat de gemeente Rotterdam vanwege het verlopen bestemmingsplan nu in deze bestemmingsplanloze situatie gebruik kan maken van vergunningverlening, die in het oude bestemmingsplan met de bestemming ‘natuur’ niet (zo) verleend had kunnen worden en daardoor voordeel heeft door haar eigen nalatigheid? Zo ja, welke maatregelen kunt u treffen vanuit uw provinciale verantwoordelijkheid en gaat u dit ook doen? Zo nee, waarom niet?
7) Had deze vergunning überhaupt verleend kunnen worden in de situatie van het toenmalige geldige bestemmingsplan met de bestemming ‘Natuur’?
8) Het gebied waar het ketelhuis met uitkijktoren is gepland is de oude zeereep. Dit stuk duin wordt volgens onze informatie weliswaar niet ruimtelijk beschermd door een Natura2000 toewijzing of door deel uit te maken van de NNN (Natuur Netwerk Nederland) maar het betreft een kwetsbaar en waardevol stuk duin met belangrijke cultuurhistorische (oorlogs)monumenten. Kunt u zo concreet mogelijk aangeven of, en zo ja hoe er getoetst is op natuurwaarden en welke natuurwaarden door deze ontwikkeling afnemen (mede gezien de verwachte extra recreanten)?
9) Het ketelhuis maakt gebruik van fossiele energie voor het opwekken van warmte. Kunt u aangeven of er getoetst is in hoeverre dit schadelijk is voor zowel omwonenden, het direct betrokken gebied en het nabijgelegen Natura2000 gebied Solleveld & Kapittelduinen? Zo nee, welke maatregelen kunt u treffen vanuit uw provinciale verantwoordelijkheid en gaat u dit ook doen?
10) Is er sprake van ruimhartige compensatie in oppervlakte en kwaliteit nu een deel van de openbare ruimte en zelfs kwalitatief hoogwaardige natuur wordt vernietigd, terwijl er goede alternatieven in de omgeving voorhanden zijn, die waarschijnlijk minder schade kunnen veroorzaken? Zo nee, welke maatregelen gaat u treffen vanuit uw provinciale verantwoordelijkheid?
11) De plaatsing van het ketelhuis in dit stuk duin is met name gekozen is om woningbouw nabij de huidige locatie mogelijk te maken, zo blijkt uit uw antwoord? Welk standpunt neemt u hierbij in en welke zorgvuldigheid wordt in acht genomen?
Carla van Viegen Anneloes van Hunnik
Fractievoorzitter Partij voor de Dieren
Anneloes van Hunnik
Statenlid GroenLinks
Henk van Dieren
Statenlid SGP/Christenunie
Indiendatum:
mei 2017
Antwoorddatum: 4 mei 2017
Klik hier voor de antwoorden.
Interessant voor jou
Schriftelijke vragen provinciale vrijstellingen overige diersoorten Wet Natuurbescherming
Lees verderSchriftelijke vragen ontheffingverlening doden vos
Lees verder