Schriftelijke vragen dood dolfijnen en bruinvissen door windmolenparken op zee
Indiendatum: mrt. 2010
SCHRIFTELIJKE VRAGEN
Aan : Gedeputeerde Staten
Datum : 9 maart 2010
Onderwerp : Schriftelijke vragen dood dolfijnen en bruinvissen door windmolenparken op zee
Toelichting
De belangenorganisatie voor dolfijnen, Dolphin Fund, heeft woensdag 3 februari jongstleden bij de Rotterdamse rechtbank bezwaar gemaakt tegen de vergunningen die de provincie Zuid-Holland verleent voor de bouw van windmolenparken in de Noordzee.
Volgens Dolphin Fund zouden er duizenden bruinvissen en dolfijnen kunnen doodgaan als gevolg van de voorgenomen windmolenparken. De leefsituatie van de dieren wordt ernstig verstoord door het laagfrequente geluid dat de molens produceren. Het kan tijdelijke doofheid, bloedingen in organen en stikstofbellen in de bloedbaan veroorzaken. Omdat de dieren navigeren op geluid, veroorzaakt het een ernstige verstoring van hun richtingsgevoel.
Uit een onderzoek1 van Meike Scheidat van Imares is gebleken dat de constructiefase, het heien van palen wat nodig is voor de aanleg van windmolenparken, wel degelijk schade aan het gehoor van bruinvissen toebrengt. Zij bracht vijf jaar lang het leefgebied van bruinvissen in het Duitse deel van de Noordzee in kaart. Door de enorme dreunen raakten de dieren gedesoriënteerd, liepen gehoorschade op of gingen zelfs dood.
De laatste jaren is er wereldwijd al uitgebreid onderzoek gedaan naar de (nadelige)effecten van windmolenparken in zee op zeezoogdieren, waarbij gebleken is dat het plaatsen van grote windmolenparken in zee nadelige gevolgen kan opleveren voor het leven in en rond de zee. Het ecosysteem op zee is gevoelig is voor verstoring. Zeevogels, trekvogels, zeezoogdieren, vissen en ongewervelde dieren kunnen nadelige gevolgen ondervinden van windmolenparken.
- http://www.ciwem.org/enews/june_06.asp#3,
- http://taiwansousa.blogspot.com/2007/06/impact-of-wind-farm-construction-on.html,
- http://www.edie.net/news/news_story.asp?id=11411;
- http://www.hornsrev.dk/Miljoeforhold/miljoerapporter/review rapport 2004 version0.pdf.
Vragen
Naar aanleiding van de bovenstaande toelichting wil de Partij voor de Dieren de volgende vragen aan u voorleggen:
1. Kent u het bericht ‘Dolfijn dood door windturbinepark’? 2
2. Welke onderzoeken zijn er in Nederland gedaan naar de negatieve effecten van het plaatsen van windmolens op dolfijnen, bruinvissen en andere zeezoogdieren en wat zijn hiervan de uitkomsten?
3. In het buitenland is al onderzoek gedaan naar de effecten van windmolenparken in zee op dolfijnen en bruinvissen. Uit deze onderzoeken blijkt dat windmolenparken op zee schade toebrengen aan het gehoor en het gedrag van dolfijnen en bruinvissen. Bent u bekend met deze in de toelichting genoemde onderzoeken en wat is uw mening hierover?
4. Welke onderzoeken heeft u als provincie uitgevoerd of laten uitvoeren naar de nadelige gevolgen voor dolfijnen, bruinvissen en/of andere zeedieren, alvorens een vergunning te verlenen voor windparken op zee?
5. Heeft u bij de vergunningverlening voor windparken op zee rekening gehouden met de reeds verrichte onderzoeken op het gebied van de effecten van windmolenparken op zee op zeezoogdieren en andere zeedieren?
6. Volgens bestaand onderzoek veroorzaakt het heien in zee veel dierenleed. Is het mogelijk om voorwaarden in de ontheffing op te nemen om niet te heien, maar om andere technieken te gebruiken, die dit dierenleed voorkomt? Zo ja, zijn deze voorwaarden in de vergunning opgenomen en zo nee (indien de mogelijkheid wel bestaat) waarom niet?
7. Bent u bereid om de ontheffing in te trekken nu blijkt dat windmolenparken op zee grote schadelijke gevolgen hebben voor bruinvissen en dolfijnen en mogelijk ook nog andere zeedieren? Zo ja, op welke termijn? Zo nee, waarom niet?
8. Uit divers onderzoek blijkt dat de constructiefase van windmolenparken in zee al schade toebrengt aan dolfijnen en bruinvissen. Bent u het met onze fractie eens dat de aanleg van de grote geplande windmolenparken moet worden stilgelegd tot er meer onderzoek is gedaan naar het gevaar voor de zeezoogdieren? Zo ja, bent u bereid om hiervoor binnen uw mogelijkheden stappen te ondernemen en op welke termijn? Zo nee, waarom niet?
A.H.K. van Viegen
Fractievoorzitter Partij voor de Dieren
Provinciale Staten Zuid-Holland
1http://resource.wur.nl/wetenschap/detail/bouw_windparken_op_noordzee_verstoort_bruinvissen/
2http://www.refdag.nl/artikel/1460486/Dolfijn+dood+door+windturbinepark.html
Indiendatum:
mrt. 2010
Antwoorddatum: 7 apr. 2010
Antwoord van Gedeputeerde Staten op vragen van A.H.K. van Viegen (Partij voor de Dieren) (d.d. 9 maart 2010)
Nummer 2360
Onderwerp Dood dolfijnen en bruinvissen door windmolenparken op zee
Aan de leden van Provinciale Staten
Toelichting vragensteller
De belangenorganisatie voor dolfijnen, Dolphin Fund, heeft woensdag 3 februari 2010 bij de Rotterdamse rechtbank bezwaar gemaakt tegen de vergunningen die de provincie Zuid-Holland verleent voor de bouw van windmolenparken in de Noordzee.
Volgens Dolphin Fund zouden er duizenden bruinvissen en dolfijnen kunnen dood¬gaan als gevolg van de voorgenomen windmolenparken. De leefsituatie van de dieren wordt ernstig verstoord door het laagfrequente geluid dat de molens produceren. Het kan tijdelijke doofheid, bloedingen in organen en stikstofbellen in de bloedbaan veroorzaken. Omdat de dieren navigeren op geluid, veroorzaakt het een ernstige verstoring van hun richtingsgevoel.
Uit een onderzoek van Meike Scheidat van Imares is gebleken dat de constructiefase, het heien van palen wat nodig is voor de aanleg van windmolenparken, wel degelijk schade aan het gehoor van bruinvissen toebrengt. Zij bracht vijf jaar lang het leefgebied van bruinvissen in het Duitse deel van de Noordzee in kaart. Door de enorme dreunen raakten de dieren gedesoriënteerd, liepen gehoorschade op of gingen zelfs dood.
De laatste jaren is er wereldwijd al uitgebreid onderzoek gedaan naar de (nadelige)¬effecten van windmolenparken in zee op zeezoogdieren, waarbij gebleken is dat het plaatsen van grote windmolenparken in zee nadelige gevolgen kan opleveren voor het leven in en rond de zee. Het ecosysteem op zee is gevoelig is voor verstoring. Zeevogels, trekvogels, zeezoogdieren, vissen en ongewervelde dieren, kunnen nadelige gevolgen ondervinden van windmolenparken.
1. Kent u het bericht ‘Dolfijn dood door windturbinepark’?
Antwoord
Ja. In de persberichten staat vermeld dat de provincie Zuid-Holland vergunningen heeft verleend voor de bouw van windmolenparken in de Noordzee. Dit is echter niet correct. De provincie is niet bevoegd voor het afgeven van dergelijke vergunningen in de zogenaamde 'exclusieve economische zone' (EEZ). Uit navraag bij de Rechtbank Rotterdam is gebleken dat bezwaar is gemaakt tegen vergunningen die het ministerie van Verkeer en Waterstaat (Rijkswaterstaat Directie Noordzee) heeft afgegeven in het kader van de Wet beheer rijkswaterstaatswerken (Wbr)3. In deze vergunningprocedures is beoordeeld of de plannen geen onaanvaardbare negatieve effecten hebben op de veiligheid op zee, de activiteiten van andere Noordzee-gebruikers en de natuur. De hierna volgende vragen zullen wij niet beantwoorden omdat wij niet bevoegd gezag zijn voor het afgeven van genoemde vergunningen en wij ook niet bevoegd zijn om de bouw van windmolenparken stil te leggen. Op 8 oktober 2009 hebben wij de Ontwerpnota ‘Wervelender’ vastgesteld. In deze nota worden de doelstellingen en gewenste plaatsingslocaties voor windenergie in Zuid-Holland beschreven. Windmolenparken in de Noorzee (binnen de 12-mijls zone) worden hier niet in genoemd. Wij zien dan ook geen aanleiding om onderzoek te verrichten naar de mogelijke negatieve effecten op zeezoogdieren door windmolenparken in de Noordzee.
2. Welke onderzoeken zijn er in Nederland gedaan naar de negatieve effecten van het plaatsen van windmolens op dolfijnen, bruinvissen en andere zeezoogdieren en wat zijn hiervan de uitkomsten?
Antwoord
Zie beantwoording bij vraag 1.
3. In het buitenland is al onderzoek gedaan naar de effecten van windmolenparken in zee op dolfijnen en bruinvissen. Uit deze onderzoeken blijkt dat windmolenparken op zee schade toebrengen aan het gehoor en het gedrag van dolfijnen en bruinvissen. Bent u bekend met deze in de toelichting genoemde onderzoeken en wat is uw mening hierover?
Antwoord
Zie beantwoording bij vraag 1.
4. Welke onderzoeken heeft u als provincie uitgevoerd of laten uitvoeren naar de nadelige gevolgen voor dolfijnen, bruinvissen en/of andere zeedieren, alvorens een vergunning te verlenen voor windparken op zee?
Antwoord
Zie beantwoording bij vraag 1.
5. Heeft u bij de vergunningverlening voor windparken op zee rekening gehouden met de reeds verrichte onderzoeken op het gebied van de effecten van windmolenparken op zee op zeezoogdieren en andere zeedieren?
Antwoord
Zie beantwoording bij vraag 1.
6. Volgens bestaand onderzoek veroorzaakt het heien in zee veel dierenleed. Is het mogelijk om voorwaarden in de ontheffing op te nemen om niet te heien, maar om andere technieken te gebruiken, die dit dierenleed voorkomt? Zo ja, zijn deze voorwaarden in de vergunning opgenomen en zo nee (indien de mogelijkheid wel bestaat) waarom niet?
Antwoord
Zie beantwoording bij vraag 1.
7. Bent u bereid om de ontheffing in te trekken nu blijkt dat windmolenparken op zee grote schadelijke gevolgen hebben voor bruinvissen en dolfijnen en mogelijk ook nog andere zeedieren? Zo ja, op welke termijn? Zo nee, waarom niet?
Antwoord
Zie beantwoording bij vraag 1.
8. Uit divers onderzoek blijkt dat de constructiefase van windmolenparken in zee al schade toebrengt aan dolfijnen en bruinvissen. Bent u het met onze fractie eens dat de aanleg van de grote geplande windmolenparken moet worden stilgelegd tot er meer onderzoek is gedaan naar het gevaar voor de zeezoogdieren? Zo ja, bent u bereid om hiervoor binnen uw mogelijkheden stappen te ondernemen en op welke termijn? Zo nee, waarom niet?
Antwoord Z
ie beantwoording bij vraag 1.
Den Haag, 6 april 2010.
Gedeputeerde Staten van Zuid-Holland,
secretaris, M.H.J. van Wieringen-Wagenaar
voorzitter, J. Franssen
Interessant voor jou
Schriftelijke vragen roerdomp Oosterduinse meer
Lees verderSchriftelijke vragen afschot ganzen in weidevogelgebieden
Lees verder