Schrif­te­lijke vragen illegale jacht­prak­tijken landgoed Duiven­voorde

Indiendatum: feb. 2015

SCHRIFTELIJKE VRAGEN

Aan : Gedeputeerde Staten

Datum : 4 februari 2015

Onderwerp : Schriftelijke vragen illegale jachtpraktijken landgoed Duivenvoorde

__________________________________________________________________________

Toelichting

Op 30 januari 2015 werd op het landgoed Duivenvoorde in Voorschoten een aantal jagers tijdens een illegale jachtpartij op heterdaad betrapt door een fotograaf wegens het schieten en doden van een beschermde houtsnip. Behalve de jachtopzichter namen ook diens ambtsvoorganger en vier leden van de jachtcombinatie deel aan de jachtpartij.

Enerzijds wordt van jachtopzichters verwacht dat zij zorg dragen voor de bescherming van de jachtbelangen van een jachthouder terwijl ze tevens als buitengewoon opsporingsambtenaar belast zijn met de opsporing van de bij of krachtens de Flora- en faunawet strafbaar gestelde feiten en van de overige in de akte of aanwijzing als bedoeld in artikel 142, tweede lid, van het Wetboek van Strafvordering aangeduide, strafbare feiten.

Dit betekent dat jachtopzichters wettelijk gezien geconfronteerd worden met potentieel grote loyaliteitsconflicten, die zich inderdaad ook met grote regelmaat voordoen.

Naar aanleiding van de bovenstaande toelichting wil de Partij voor de Dieren de volgende vragen aan u voorleggen.

Vragen

1) Kent u het bericht over de illegale jachtpraktijken op landgoed Duivenvoorde[1]?
2) Bent u met ons van mening dat een jachtopzichter, als buitengewoon opsporingsambtenaar, juist het goede voorbeeld moet geven?
3) Bent u met ons van mening dat een jachtopzichter, die tegelijkertijd toezicht moet houden op wettelijke bepalingen en de wet moet handhaven, en daarnaast de belangen van de jachtheer moet dienen, kan leiden tot conflicterende belangen en loyaliteitsconflicten? Zo nee, waarom niet? Zo ja, welke maatregelen gaat u nemen?
4) Bent u bijvoorbeeld bereid om het Rijk op te roepen om de regelgeving hieromtrent aan te passen? Zo nee, waarom niet?
5) Voeren de betreffende jachtopzichter, en de andere betrokken jagers, activiteiten uit op grond van door de provincie verleende ontheffingen ingevolge de Flora- en faunawet? Zo ja, gaat u de betreffende ontheffing(en) intrekken?
6) Neemt het College afstand van dergelijke praktijken door jagers en geeft u de Faunabeheereenheid de opdracht om niet meer met dergelijke jagers samen te werken? Zo nee, waarom niet?
7) Wordt op grond van de gepleegde overtredingen de jachtakte van de betrokken jagers ingetrokken?

A.H.K. van Viegen

Fractievoorzitter Partij voor de Dieren

Provinciale Staten Zuid-Holland

[1] http://rijswijksevalkenlog.webklik.nl/page/home